Je neemt ontslag als militair en opeens ziet niemand je naam meer. Ook de rang die al jaren op je schouders droeg, is opeens niet meer zichtbaar. Je begint overnieuw, daar buiten of nog binnen, maar dan als burgermedewerker. In het beste geval kennen de collega’s je, maar het is ook goed mogelijk dat je op een geheel nieuwe afdeling gaat werken.
Je bent opeens burger en hoeft heel veel dingen niet meer. Je hoeft geen baret meer te dragen. Je hoeft niet meer verplicht op appèl. Je hoeft niet meer in de houding te staan, verplichte sporttesten te doen of verplicht op oefening of missie. Daarentegen sta je nu wel elke dag voor de kast met de vraag “Wat ga ik nu weer aantrekken?” 😉
Wel de lusten, niet de lasten. Zo beschreef ik het bij mijn ontslag als militair. Ik had het geluk om burger te kunnen worden bij de personeelsdienst op de kazerne waar ik reeds werkzaam was. Ik kon met dezelfde collega’s blijven werken, op dezelfde locatie bij dezelfde werkgever.
Een jaar voordat ik het besluit nam om mijn groene pak aan de kapstok te hangen, werd ik moeder en stond ik aan het begin van mijn afstudeerjaar en startte ik na mijn bevallingsverlof ook nog eens op een nieuwe functie bij de sectie Operationele Personeelszaken. Ik kan me de eerste dag nog goed herinneren. Met het zweet op mijn voorhoofd, nog vol hormonen en mezelf afvragende wanneer ik nou eens kon gaan kolven, moest ik mijn loopbriefje in sneltreinvaart afwerken. We renden nog net niet van het ene gebouw naar het andere.
In het jaar dat volgde genoot ik met volle teugen van mijn zoontje, studeerde ik af en besefte ik mij dat ik helemaal geen zin meer had in alle ‘moetjes’. Met een baby en een partner als militair, was naar de KMA gaan geen optie meer voor mij en zodoende solliciteerde ik naar een burgerfunctie als P&O adviseur.
Ik werd aangenomen en mocht een nieuw bureau opzetten en runnen en was daarnaast ook nog adviseur voor een compagnie om ook het reguliere P&O werk mee te krijgen. Tegen de tijd dat het nieuwtje eraf was en ik moeiteloos mijn werk deed, begon ik mij te vervelen. Ik droeg het bureau over aan een nieuwe collega en werd adviseur voor meerdere compagnieën. Ik dacht dat dat wel de oplossing zou zijn.
Helaas was er weinig vernieuwends aan een adviseur zijn voor meerdere compagnieën. Het werk werd wat meer, maar ik haalde er geen voldoening meer uit. De afstand naar de eenheden werd gevoelsmatig groter omdat ik er zelf geen onderdeel meer van uitmaakte. Ik had notabene zelf 5 jaar bij deze eenheden gezeten.
De oude garde uit de tijd dat ik daar werkte, zat er niet meer. Een enkeling kende ik nog, maar het gros van de militairen had geen flauw idee wie ik was of wat ik was en wat ik kwam doen. Als introvert voelde ik mij steeds ongemakkelijker worden en ging op een gegeven moment liever niet meer onverwachts bij de eenheden langs. Omdat ik zelf afstand creëerde, voel ik mij ook niet gezien en dus gewaardeerd.
Ik dacht de oplossing gevonden te hebben in het adviseurschap van ander soort eenheden. Ik hoopte op complexere casussen en meer werk, en dat laatste kreeg ik. Zelfs zoveel werk, dat ik mij er in verloor. Mijn lat ligt ontzettend hoog, maar ik had maar 30 uur per week en weigerde structureel over te werken omdat ik ook nog een gezellige mama wilde blijven en een huishouden te runnen had. Mijn man was op dat moment ook nog 6 maanden op uitzending. Alles kwam bij elkaar en ik besefte me dat ik mezelf was verloren.
De tijd zonder man heb ik gebruikt om mezelf beter te leren kennen. Zo heb ik zelfonderzoek gedaan naar de Hoogsensitieve High Sensation Seeker (HSP-HSS) en heb ik ontdekt dat werken in je talent, niet altijd hoeft te betekenen dat je daar energie van krijgt. Ik heb geaccepteerd dat het nieuwtje er voor mij relatief snel af is, maar zie daar ook een enorme kracht in.